Achter tralies
Inge Manousakis-van Bommel
‘Overbevolkt, vies, weinig licht en een erg, erg slechte ventilatie’, dat concludeerde speciaal VN-rapporteur Manfred Nowak nadat hij twee jaar geleden tijdens zijn tiendaagse verblijf in Griekenland de gevangenissen, detentiecentra voor illegale immigranten, gevangenisziekenhuizen en politiebureaus had bezocht. Aanleiding voor zijn bezoek waren de talloze klachten over stelselmatige mishandeling van arrestanten door de Griekse politie. Harde bewijzen voor deze ‘martelingen’ heeft hij uiteindelijk niet kunnen vinden, maar wat hij wel aantrof waren gevangenen die in zulke erbarmelijke omstandigheden hun straf moesten uitzitten dat hij de Griekse overheid dringend verzocht ‘terstond actie te ondernemen’.
‘Samen met drie mannen in een cel van twaalf vierkante meter. Snikheet, met een piepklein raampje en nauwelijks ruimte om je benen te strekken.’ Dat was, vertelt Sotiris – een veertigjarige taxichauffeur uit Kolonaki – de dagelijkse realiteit in de gevangenis. Opgepakt voor, zoals hij zelf zegt, een licht vergrijp – tijdens een alcoholcontrole vond de politie marihuana bij hem in de taxi – verbleef hij anderhalf jaar lang in de Korydallós-gevangenis, een plek die hij typeert als een nachtmerrie, en kreeg daar te maken met verwaarlozing, intimidatie, honger en eenzaamheid.
Stabiel slecht
Het schrijnende verhaal van Sotiris staat niet op zichzelf maar is volgens mensenrechtenorganisaties exemplarisch voor de toestand van ruim dertienduizend gedetineerden in de Griekse gevangenissen.
Lees verder in Lychnari 2012/4 pag. 16 e.v.